Met onverdroten ijver stampt hij op de pedalen. Hoe eerder
hij thuis is hoe beter. Zweetdruppeltjes parelen op zijn voorhoofd. De omgeving
gaat volledig aan hem voorbij. Met een strakke blik vooruit baant hij zich een
weg over het verlaten asfalt. Van de fleurige bloemen en planten langs de weg
is ’s avonds niets meer over. De lantaarnpalen kunnen de donkere, grijze massa
nauwelijks bedwingen. Hij zou zo graag al thuis willen zijn. Een auto passeert,
maar hij merkt het niet. Verzonken in gedachten komt hij trap na trap steeds
dichterbij. De tocht lijkt wel een eeuwigheid te duren. Ineens ziet hij vlak
voor zijn fiets iets op het wegdek dat hem uit zijn trance haalt. Hij schrikt
maar is net te laat om uit te wijken. Verdwaasd stopt hij. Schuldbewust kijkt
hij om.
Achter hem ligt een droevig hoopje van wat tot een moment
geleden een slak moet zijn geweest. Het arme weekdier heeft de oversteek niet
overleefd. Missie mislukt. Het had niets liever gewild dan met zijn
voelsprietjes de polderflora aan de andere kant van de weg te mogen beroeren. Maar
waarom toch, mijmert de teneergeslagen fietser. Was het beestje zich wel bewust
van de gevaren die op zijn pad zouden komen? Het wegdek is tenslotte niets
minder dan een slakkenverdelgingsstrook. Waarom had de slak de drang om deze
risicovolle reis te gaan ondernemen? Wist het wel waar het terecht zou komen,
wat het aan de overkant aan zou treffen? Groener gras, wellicht. Misschien
wilde het dier ook wel graag naar huis, naar zijn slakkenouders en slakkenzusje.
Maar nu is het stil bij familie Slak aan de overkant. Worstelend om op tijd
thuis te komen kroop zoon Slak uiterst langzaam vooruit, totdat een fietsband abrupt
het leven beƫindigde. De slakkenfamilie zal nog lang blijven wachten vanavond.
Of was het leven niet zo rooskleurig? Is het misschien zo, dat de slak
levensmoe was, en depressief koers zette naar zijn dood? Zijn einde zelf verkozen.
Voor de trein gesprongen. Nee, dat zal het niet zijn.
De fietser staakt zijn mijmeringen en besluit weer op te
stappen. Om hem heen ziet hij nu dat er veel meer slakken de oversteek proberen
te maken. Terwijl de ketting ratelt en de banden weer beginnen te draaien,
beseft hij dat velen van hen hetzelfde lot bezegend zijn. Zuchtend zet hij nog
even aan. Eindelijk thuisgekomen tikt pa mopperend op zijn horloge. De familie Slak
zit nog altijd te wachten op hun broertje en zoon.